Helpt conserveren bij uiteenlopende inkuilomstandigheden

Meer dan 200 conserveringsproeven tonen aan dat Ecosyl onder uiteenlopende inkuilomstandigheden en bij diverse gewassen en drogestof gehaltes de conservering van de kuil aanzienlijk verbetert.

Drie veelgebruikte parameters om de conservering te beoordelen zijn: kuil pH, ammoniakgehalte (percentage totale stikstof (TN)) en de verhouding tussen melkzuurbacteriën en vluchtige vetzuren. 

Ecosyl helpt bij slechte inkuilomstandigheden

Tabel 1. Het effect van Ecosyl op conservering onder verschillende omstandigheden

Omstandigheden Aantal proeven Parameters Onbehandeld Ecosyl*
Droge stof minder dan 20% 45 pH 4,3 4,1
Ammoniak-N (%TN) 10,7 8,0
Melkzuurbacteriën/ vluchtige vetzuren 2,5 5.7
Droge stof meer dan 30% 20 pH 4,3 4,1
Ammoniak-N (%TN) 8,0 5,0
Melkzuurbacteriën/ vluchtige vetzuren 3,0 7,0
WSC** minder dan 2,5% 31 pH 4,4 4,2
Ammoniak-N (%TN) 12,6 10,1
Melkzuurbacteriën/ vluchtige vetzuren 2,8 3,9
Verschillende omstandigheden*** 39 pH 4,6 4,2
Ammoniak-N (%TN) 16,4 10,8
Melkzuurbacteriën/ vluchtige vetzuren 1,7 4,5

* Alle verschillen zijn statistisch significant
** Water oplosbare suikers
*** Uit een Ammoniak-N boven 10% blijkt dat de onbehandelde kuil slecht is geconserveerd

Ook bij laag suikergehalte zorgt Ecosyl voor daling pH 

Er wordt vaak gezegd dat er meer dan 3% suiker (WSC) nodig is om een kuilverbeteraar succesvol in te zetten. Echter hebben de Ecosyl kuiltoevoegmiddelen bewezen ook bij een lager suikergehalte effectief de pH te kunnen verlagen. Tot een percentage van ongeveer 2,2% suiker is het resultaat vergelijkbaar. Bij nog lagere suikerniveau's wordt het effect pas langzaam minder, maar nog altijd resulteert een behandeling in een lagere pH dan zuurgraad.